Carien en Teun delen hun huis in Lent

Ineens een levensloopbestendig huis, zonder dat we dat bedacht hadden

Twintig jaar geleden betrokken Carien (63) en Teun (60) hun hoekwoning in Lent, samen met hun twee dochters. Inmiddels zijn de kinderen uitgevlogen, maar het huis bleef hetzelfde: ruim, op een fijne locatie… En eerlijk gezegd wel behoorlijk groot voor twee mensen. ‘We hadden het er vaker over: ons huis is eigenlijk heel geschikt om te delen. Dan dachten we toch meer aan later. Als we écht oud zijn. Maar nu wisten we ineens: dit is hét moment.’

Van gezinshuis naar huis om te delen

De echte aanleiding kwam toen jongste dochter Cris (25) haar woning moest verlaten. Haar tijdelijke huurcontract werd niet verlengd, en ze stond ineens op straat. Ze betaalde bovendien een flink bedrag voor een kamer met gedeelde keuken, douche en wc. ‘Dat zou in deze hopeloze woningmarkt niet beter worden’, zegt Carien. ‘Toen dachten we: waarom komt ze niet gewoon bij ons boven wonen?’. Terug naar de gezinsstructuur van vroeger wilden ze niet. ‘Dat was meteen duidelijk voor ons allemaal; we zijn gesteld op onze eigen levens en wilden echt twee zelfstandige wooneenheden creëren.’ En dus gingen ze aan de slag: maakten een woonkamer op zolder en een extra keukentje op de voorzolder ernaast, en beneden in de hal een tussendeur om het huis op te splitsen. 

Dochter nummer twee volgt

Alsof het zo moest zijn, gaf ook hun oudste dochter Margot (29) aan dat ze best weer in Lent wilde wonen. Ze woont in Utrecht in een kleine studio, met een huur die meer dan de helft van haar inkomen opslokt en ziet zo snel geen kans op iets beters. Een fijne woning huren of kopen is onhaalbaar. En vooral onbetaalbaar. Dus binnenkort wonen beide dochters in het ‘bovenhuis’. Carien en Teun wonen beneden – met hun eigen ingang via de tuin. Officieel is het gewoon één adres gebleven. ‘We hebben een hoekhuis, dus we hebben ruimte rondom’, zegt Teun. ‘Gelukkig hadden we eerder al onze garage verbouwd tot een multifunctionele ruimte mét douche en toilet. Carien had daar haar atelier – en de ruimte was ook geschikt voor een van onze ouders, mocht dat ooit nodig zijn.’

Praktisch én toekomstgericht

‘Mijn atelier is nu achter in de tuin en we slapen in de voormalige garage,’ vertelt Carien. ‘Dat betekent wel dat we geen werkplek meer in huis hebben, of een ruimte waar je je even in kunt terugtrekken. Daarom hebben we een vergunning aangevraagd voor een aanbouw, waarin we straks onze slaapkamer willen maken. En dan is ons huis ineens levensloopbestendig – zonder dat we dat vooraf zo bedacht hadden.’

Er waren ook uitdagingen: het huis stond vol spullen. Carien en Teun brachten aanhangwagens met oude huisraad, boeken en kleren naar de kringloop en de stort. Logees ontvangen kon ineens niet meer zomaar, en even snel binnenlopen bij elkaar is veranderd in bewust op bezoek gaan. Over het samen in één huis wonen hebben ze goede afspraken gemaakt, die ze regelmatig met elkaar evalueren. Teun: ‘We moeten nog een beetje wennen aan het idee van twee huishoudens. Soms hoor je ’s avonds de voordeur dichtslaan. Dan komt Cris thuis en roep je automatisch ‘hoi!’. Terwijl het de bedoeling is dat we elkaars privacy respecteren. We willen elkaar een beetje met rust laten. Ach, we lachen er vooral om. Het is gezellig.’ 

Open voor andere bewoners

Natuurlijk zijn er ook financiële afspraken gemaakt: de nieuwe bewoners betalen mee aan de woonlasten. Ze leveren een bijdrage voor energie, water en het gebruik van de woning. ‘En we hebben natuurlijk kosten gemaakt voor de verbouwing’, zegt Carien, ‘dus het is fijn dat ze elke maand een bijdrage betalen. Het bedrag dat zij betalen is trouwens nog altijd een schijntje vergeleken met de huurprijzen op de vrije markt. Ze kunnen nu sparen voor een volgende stap.’ 

Ook in de toekomst staat het huis open voor andere bewoners. Teun: ‘Dat past ook wel bij ons. Eerder hebben we hier ook een paar maanden vrienden gehad die op zolder woonden. En een paar jaar terug nog een studente die stage liep in Nijmegen. We weten niet wie hier later zullen wonen – misschien nog onze dochters, misschien iemand anders. Ons huis is er in elk geval klaar voor. En wij ook.’


Dubbel zo blij

Cris: ‘Ik ben echt superblij met mijn woonruimte. De plek is geweldig: tegen de Spiegelwaal aan en tien minuten fietsen van het stadscentrum. Ik kan mijn auto goed kwijt en ik rijd zo naar mijn werk in Wolfheze. Het grootste voordeel is dat ik hier veilig en betaalbaar kan wonen. Zonder de stress dat ik weer op zoek moet naar iets anders. Als kind woonde ik hier al met plezier, nu ben ik dubbel zo blij. Heel leuk ook dat Margot erbij komt. Ik maak me geen zorgen dat wij en onze ouders elkaar in de weg zitten – ik denk juist dat we veel aan elkaar hebben.’


Lees meer over een huis delen